Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Hij wandelde [11]ook in hun raad, en toog henen met Joram, den zoon van Achab, den koning van Israel, tot den strijd tegen Hazael, den koning van Syrie, bij [12]Ramoth in Gilead; en de Syriers sloegen Joram. 11. Dat is, hij hoorde niet alleen hun afgodischen raad, maar hij deed ook daarnaar. 12. Ook genaamd Rama, in vs.6, en 2 Kon.8:29. Zie ook van deze stad 1 Kon.4:13.